Herman Leenders (1960) debuteerde in 1982 met Mijn landschap, een beeldinventaris, een dichtbundel die verscheen in de Yang-poëziereeks. De dichtbundels Ogentroost (1992), Landlopen (1995), Speelgoed (2000), Vervalsingen (2008), Dat is wij (2013), Overstekend wild (2020) en Het voorland (2023) verschenen bij De Arbeiderspers evenals de verhalenbundel Het mennegat (1994) en de romans De echtbreukeling (2005) en God speelt drieband (2017). In 2021 verscheen 'Het huis van de dichter', een bloemlezing uit het poëtisch werk van 1992 tot 2020. In 2016 en 2017 was hij (vrije) stadsdichter van Brugge. Hij werd bekroond met onder andere de C.Buddingh'-prijs, de Hugues C.Pernath-prijs, de Prijs van de Provincie West-Vlaanderen.en de Prijs van de Vereniging van West-Vlaamse schrijvers (VWS).
Oude engel
zij draagt de geschiedenis op haar rug
meer mantel dan vlees
meer ring dan vinger
meer hoed dan haar
ik rasp de eelt van haar ziel
pel haar tot op het bot
tot voorbij de jaren
tot achter het craquelé
vang het licht in haar ogen
vind de zang in haar stem